Cursus Huishoudelijke Hulp
Home
Cursussen
Basiscursus Huishoudelijke hulp
Cursus Huishoudelijke hulp
Taal- en communicatiecursus voor schoonmaakmedewerkers
Klantgerichtheid in de schoonmaakbranche
Schoonmaakadres vinden en behouden
Schoonmaakgenot: plezier en trots in je werk
Account
0
Verlanglijst
0
Winkelwagen
Schoonmaakgenot: plezier en trots in je werk
Toets
Uw voornaam *
Uw achternaam *
Uw e-mailadres *
1. Wat laat jouw werk als schoonmaakster achter bij de klant? *
A) Een schoon huis zonder persoonlijkheid.
B) Een indruk van jouw professionaliteit en zorg.
C) Een onpersoonlijke en routinematige indruk.
D) Een tijdelijke oplossing voor vuiligheid.
2. Wat is de primaire functie van positieve feedback in je werk? *
A) Het fungeert als een bevestiging van jouw vaardigheden en inzet.
B) Het zorgt voor meer stress en twijfel.
C) Het is slechts een formaliteit zonder praktische invloed.
D) Het vermindert de motivatie om verder te verbeteren.
3. Hoe draagt een positieve mindset bij aan de klantbeleving? *
A) Door klanten afstandelijk en koel te benaderen.
B) Door zich te concentreren op technische details alleen.
C) Door energie en enthousiasme uit te stralen die klanten opvallen.
D) Door problemen bewust te negeren.
4. Welke van de volgende is een praktische zelfzorgstrategie? *
A) Je werk voortdurend uitstellen
B) Onregelmatige slaappatronen aannemen
C) Het plannen van regelmatige rustmomenten
D) Het volledig vermijden van ontspanning
5. Welke actie draagt het meest bij aan het vieren van kleine successen? *
A) Doorgaan zonder te pauzeren.
B) Regelmatig reflecteren en je successen waarderen.
C) Vergelijken met anderen.
D) Persoonlijke evaluatie vermijden.
6. Hoe kan een glimlach helpen in stressvolle situaties? *
A) Door de stress te vergroten.
B) Door kalmte en professionaliteit uit te stralen.
C) Door problemen te verbergen.
D) Door de werkdruk te verhogen.
7. Wat is een belangrijke factor bij het overwinnen van werkgerelateerde uitdagingen? *
A) Het negeren van feedback.
B) Emotionele veerkracht en flexibiliteit.
C) Strikt vasthouden aan één vaste routine.
D) Het vergroten van de werkdruk.
8. Welke rol speelt flexibiliteit bij het omgaan met uitdagingen? *
A) Het maakt het oplossen van problemen makkelijker.
B) Het zorgt voor meer onzekerheid.
C) Het is minder belangrijk dan een vaste routine.
D) Het verhoogt de werkdruk.
9. Wat is een belangrijk voordeel van het delen van je successen met collega’s? *
A) Het verhoogt de individuele werkdruk.
B) Het zorgt voor meer competitie op de werkvloer.
C) Het heeft geen effect op de werksfeer.
D) Het stimuleert een ondersteunende en inspirerende omgeving.
10. Hoe draagt emotionele intelligentie bij aan een goede eerste indruk? *
A) Door klanten te laten zien dat je hun emoties begrijpt en daarop reageert.
B) Door alleen zakelijke informatie over te brengen.
C) Door emoties volledig te onderdrukken.
D) Door je te richten op interne werkprocessen.
11. Hoe beïnvloedt effectieve communicatie de klanttevredenheid? *
A) Het verlaagt het vertrouwen van de klant.
B) Het heeft geen merkbaar effect.
C) Het verhoogt het vertrouwen en versterkt de relatie.
D) Het veroorzaakt verwarring.
12. Wat is een cruciale stap bij het ontvangen van feedback? *
A) Direct reageren met verdediging.
B) Actief luisteren en vragen om verduidelijking.
C) Feedback negeren.
D) Feedback herhalen zonder begrip.
13. Welke factor is essentieel voor het opbouwen van vertrouwen bij klanten? *
A) Onregelmatige service.
B) Consistentie in gedrag en kwaliteit.
C) Het beperken van persoonlijke interactie.
D) Enkel focussen op prijsverlagingen.
14. Wat is een effectieve strategie bij het ontvangen van feedback? *
A) Direct in discussie gaan.
B) Actief luisteren en bedanken voor de input.
C) De feedback meteen afwijzen.
D) Feedback beperken tot alleen schriftelijke opmerkingen.
15. Welke strategie draagt bij aan duurzame verbetering na het ontvangen van kritiek? *
A) Het opstellen van SMART-doelen op basis van de feedback.
B) Het negeren van herhaalde kritiek.
C) Het minimaliseren van de feedbacksessies.
D) Het uitsluitend vertrouwen op eigen inzichten zonder externe input.
16. Hoe kunnen conflicten binnen een team constructief worden opgelost? *
A) Door ze te negeren.
B) Door iedereen zijn eigen gang te laten gaan.
C) Door open dialoog en gezamenlijke probleemoplossing.
D) Door externe partijen alle beslissingen te laten nemen.
17. Wat is een effectieve strategie voor mentale zelfzorg? *
A) Het continu doorwerken zonder onderbrekingen.
B) Het negeren van gevoelens van stress.
C) Het inlassen van korte mindfulness- of ademhalingsoefeningen.
D) Het vermijden van sociale interactie.
18. Hoe kun je jouw balans tussen werk en privé evalueren? *
A) Door alleen te focussen op je werkresultaten.
B) Door de mening van collega's over je werkuren te vragen.
C) Door een dagboek bij te houden waarin je reflecteert op je energie- en stressniveaus.
D) Door je vrije tijd volledig aan werkgerelateerde activiteiten te wijden.
19. Wat is een effectief hulpmiddel om regelmatige ontspanning in je werkdag te integreren? *
A) Het willekeurig nemen van pauzes.
B) Het vermijden van fysieke activiteit.
C) Het continu doorwerken zonder pauzes.
D) Het instellen van herinneringen voor korte meditatiemomenten.
20. Welke ergonomische maatregel helpt het meest om lichamelijke klachten te voorkomen? *
A) Het verhogen van je werktempo.
B) Het vermijden van zware voorwerpen.
C) Het gebruik van ergonomische hulpmiddelen en correcte tiltechnieken.
D) Het werken zonder pauzes.
Stuur mij een kopie
Laat dit veld leeg
Verzenden